fbpx

Koolhydraten

Koolhydraten, ook wel suikers genoemd zijn moleculen opgebouwd uit koolstof, zuurstof en waterstof.

Ze worden tijdens de stofwisseling omgezet in glucose, een belangrijke energiebron voor ons lichaam.

Koolhydraten met 1 molecuul (mono-sachariden)

  • glucose; in honing, fruit
  • fructose; eveneens in honing, fruit
  • galactose; in melk

Koolhydraten met 2 moleculen (di-sachariden)

  • sacharose {glucose + fructose}; in suikerbieten, rietsuiker
  • lactose {glucose + galactose}; in melk
  • maltose {glucose + glucose}; in bier, mais

Koolhydraten met meerdere moleculen (poly-sachariden)

  • zetmeel {opgebouwd uit honderden glucosemoleculen}; granen, knol- en wortelgewassen, peulvruchten.

 

Glucose zit altijd in ons bloed, het is onmisbaar.

De aanwezigheid van glucose in het bloed noemen we bloedsuikerspiegel (of glycemie). Een normale waarde is 1 gram glucose per 1 liter bloed.

Wanneer we een koolhydraat eten, zal de bloedsuikerspiegel stijgen, tot een bepaalde hoogte: de piek. Goede koolhydraten zorgen voor een lage piek. Slechte koolhydraten geven een hoge piek.

Onze alvleesklier maakt insuline aan om de bloedsuikerspiegel weer op een normaal niveau te brengen.

De hoeveelheid insuline die nodig is om de bloedsuikerspiegel naar het normale niveau terug te brengen, is evenredig met de hoogte van de bloedsuikerspiegel. Bij een lage piek maken we weinig insuline aan. Bij een hoge piek maken we veel insuline aan.
Een slank persoon maakt precies de hoeveelheid insuline aan. Maar iemand met overgewicht maakt onnodig veel insuline aan = hyperinsulinemie (stofwisselingsstoornis)

 

De alvleesklier functioneert slecht bij overgewicht.

Die overtollige insuline slaat op een abnormale wijze alle vetten op van de laatst genoten maaltijd.

Slechte koolhydraten zijn dus alle koolhydraten die een sterke stijging van de glucose in het bloed veroorzaken, waardoor we weer veel insuline moeten aanmaken om terug op normaal te komen. Maar het teveel aan insuline kan weer een dip veroorzaken: we hebben te weinig glucose = hypoglycemie.

In deze dip voelen wij ons slecht ! En zijn we snel geneigd om te gaan snaaien…

 

(bron: Ik ben slank want ik eet, nieuwe editie 1999)